-
1 cristalliser
cristalliser [kriestaaliezee]♦voorbeelden:II 〈 overgankelijk werkwoord〉1. v 2. (se) cristalliserv -
2 forme
forme [form]〈v.〉1 vorm ⇒ gedaante, gestalte3 vorm ⇒ leest, snit, matrijs♦voorbeelden:en forme de • -vormig, in de vorm vansans forme • vormeloos, ondefinieerbaarsous (la) forme de • in de vorm vanmanquer de formes • geen manieren hebbenmettez-y les formes • zeg het voorzichtigavertir qn. dans les formes • iemand officieel waarschuwen→ papier1. f1) vorm, gestalte2) pasvorm, matrijs3) conditie2. formesf pl -
3 consistance
consistance [kõsiestãs]〈v.〉1 vastheid ⇒ stevigheid, consistentie♦voorbeelden:1 prendre consistance • vaste vorm aannemen 〈 ook letterlijk〉; geloofwaardiger worden 〈 van bericht, persoon〉sans consistance • zwak, onbestendig, ongegrond, besluiteloosf1) consistentie, stevigheid -
4 prendre consistance
prendre consistance -
5 prendre forme
prendre forme -
6 concrétiser
concrétiser [kõkreetiezee]1 een concrete, vaste(re) vorm aannemen -
7 cristallisation
cristallisation [kriestaaliezaasjõ]〈v.〉fkristallisatie, kristalvorming -
8 commencer à prendre tournure
commencer à prendre tournureDictionnaire français-néerlandais > commencer à prendre tournure
-
9 tournure
tournure [toernuur]〈v.〉2 wending ⇒ ontwikkeling, verloop♦voorbeelden:2 prendre une bonne, mauvaise tournure • een goede, slechte wending nemencommencer à prendre tournure • vaste vorm gaan aannemen
Перевод: с французского на нидерландский
с нидерландского на французский- С нидерландского на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский